Taalpodium Digitaal: HALLO 2021! (III)

Taalpodium-leden zenden elkaar en de lezer lichtpuntjes voor de donkere maanden.
Ook in deze derde van drie afleveringen, de vorige verschenen op 10 en 15 december, begroeten zij het nieuwe jaar in de vorm van gedichten, foto’s, korte verhalen en een enkel vlogje. De lege agenda’s van 2020 mogen dicht: hallo 2021!

Terugschouwen

In een doos met zijden voering
en veel ruimte  voor afstand
eerst de nieuwe woorden
die gaan erin op datum

De virologen en de virusremmers
de mondkapjes en de special force
de besmetting op intensive care

De pandemie en de lockdown
van al onze pleisterplekken
We liepen door lege straten
We wonden elkaar niet op
want elke omhelzing elke kus
zou tot BESMETTING kunnen leiden

En die weer tot de dood
Dat was dacht ik niet
de bedoeling
Misschien moet dit jaar 2020
naar de kringloop
als trofee
uit de gesloten
gevangenissen.    

Voor 2021
hoop ik dat
we weer vaker zullen lachen
samen en soms ook alleen.

Marlies Souren
December 2020

____________________________________________________________________________

__________________________________________________________________________

Januari 2021            

De eeuw is jarig
en heeft haar een-en-twintigste bereikt.
Waar blijven de bubbels, de vrolijke groeten?
We hebben andere bubbels, klitten bij elkaar
in klein gezelschap.
Als vers gebrandmerkt is de eeuw.

Moet dit volwassen zijn? Dat ieder mens
nu duidelijk verantwoordelijkheden draagt
voor het leven van de ander?
Of juist verzuimt te dragen.
De eeuw loopt wankel door, op hoop van zegen.
Een kaarsje flakkert in haar hand.

Sarah Kinebanian

____________________________________________________________________

_______________________________________________________________________

INSPIRATIE

Wat doe je als ze wegblijft?
Niet langskomt op een onverwacht moment
(vaak ongelegen net als je op bed ligt of
op de fiets zit en juist dan de woorden
opgeschreven willen worden)

Nu heb ik al heel lang niet meer
op haar gerekend
Het is wel even goed zo,
er is genoeg te doen waar ik haar niet bij nodig heb

Dan zul je net zien:
ze steekt toch weer de kop op
als een krokus in de lente
Ze laat me niet met rust en dat terwijl
ze me nog niet zoveel te bieden heeft,
een enkel woord, een stukje zin
waarvan het maar de vraag is of er iets uit zal groeien

Maar goed, al moet er dan nog veel gebeuren
en is juichen nog te vroeg
Misschien is in een tijd als deze een belofte wel genoeg

Simone van den Berg
7 december 2020

_____________________________________________________________________

________________________________________________________________________

Afstand minimaal
Maximale nabijheid
Lichtpunt blikt vooruit

Augmented Haiku

Minimale afstandelijkheid
Professorale Maximale nabijheid
Blik je vooruit op lichtpuntje

Toename van vertrouwelijkheid
Zelfs een overschot aan creativiteit
Het kost een veermans muntje

Jan Nuyten

__________________________________________________________________

Gedicht: Marcel Vaandrager – Fotografie: Irene Damminga

(Klik na de start op het icoontje rechtsonder voor een schermbreed beeld.)

____________________________________________________________________

VLIEGENDE MIEREN (een zeer kort verhaal)

Het was heet. Al vijf dagen achtereen. Temperaturen boven de 35 graden. Voor mij zag elke
tropendag er hetzelfde uit. Lekker in de tuin met een mooi boek. Ik wist dat deze vijfde dag
zo’n beetje de laatste was met deze temperatuur. Het weer gaat veranderen, maar wanneer? Val ik straks weer in slaap en glijdt mijn boek van mijn schoot, net als de andere dagen? Ik keek naar de lucht, nog niets aan de hand. Net als gisteren krioelden mieren over de tuintegels. Met welk doel eigenlijk? Een mierenhoop ontwikkelen gaat moeilijk hier. Ik zag enkele mieren met vleugels, dat waren de mannetjes, wist ik. Ik zette me weer aan het lezen. Ik wist nog dat er een licht briesje opstak. Niet meer dan dat. Toen ik wakker werd zag ik toch een soort schaduw in de tuin. Omhoog kijkend zag ik een inktzwarte wolk die met de zon speelde. Een subtiel spel waaraan ook de wind meedeed. De wolk schoof over de zon heen, maar net niet helemaal. De zon bescheen de wolkenrand en een felle streep zonlicht kwam in mijn tuin terecht. Er gebeurde veel op dat moment. Ik zag vogels dichtbij de wolk rondcirkelen. In de baan zag ik allerlei deeltjes dwarrelen die het midden hadden tussen vocht en stof. Ik wist het niet.  De vleugelmieren waren veel talrijker geworden, ging er wat gebeuren? De bries werd sterker, de zwarte wolk kwam weer wat in beweging, de streep zonlicht werd iets breder. De wind was iets aan het draaien, het leek erop dat de vochtigheid in de lucht toenam. Hoe werken instincten, wat doen vogels of mieren op een moment zoals dit? Het was precies de juiste tijd of het juiste moment. Vele, vele mieren vlogen op, precies in de baan van de zon, maar waar naar toe? Ze riepen niet: ‘kom, we zijn er voor jullie…’ Ze waren er gewoon, precies op tijd, zoals de natuur dit modelleerde. En de vogels? Ze cirkelden al een poosje niet meer, er was een soort stand-by. Ineens openbaarde zich wat ik nog niet kende. De vogels doken massaal langs de zonnebaan naar beneden. Ik zag dat ze aan het foerageren waren kriskras door elkaar. Ik probeerde nog mieren te onderscheiden, maar ik zag ze niet meer…….

Peter Herdingh

*****************************************************************************************

Einde van de lichtpuntjes. Met dank aan alle leden die hun bijdrage hebben ingezonden.